Registreren
We sturen je per e-mail een wachtwoord toe. Soms komt deze e-mail in je spambox terecht.

Elke zoveel jaar duikt er een nieuw sub-genre binnen de horror op dat een tijdlang populair blijft. In de jaren tachtig van de vorige eeuw waren het de slashers. Vanaf eind jaren negentig tot begin van deze eeuw was het de zogenaamde “J-Horror” met films als The Ring en The Grudge. Daarna volgde de “torture porn”, met als bekendste voorbeelden de Saw-reeks en de Hostel-films.
Sinds Paranormal Activity en Insidious lijkt de spookhuisfilm weer flink aan populariteit te winnen. Maar ook de gothic horror, met klassieke filmmonsters als vampieren, doet het goed; series als True Blood zijn razend populair en, al is het niet écht horror, de Twilight reeks moet in dit verband natuurlijk ook genoemd worden. In het verlengde hiervan passen beroemde sprookjes die een horrorachtige versie krijgen zoals Roodkapje (Red Riding Hood) en binnenkort ook Sneeuwwitje en Hans en Grietje.
Ondertussen is zowat elke horrorklassieker aan een remake, reboot of prequel onderworpen. Soms geslaagd (Piranha, The Wolfman) maar vaker met een teleurstellend resultaat (A Nightmare on Elm Street, Halloween, Halloween 2, Day of the Dead, etc.).
Ook krijgt zowat elke niet-Amerikaanse genrefilm die succesvol is een Amerikaanse versie (Let Me In, Quarantaine).
Een redelijk nieuwe trend is de horror-gerelateerde tv-serie. Niet alleen het al eerder genoemde True Blood, maar ook series als Dexter, The Walking Dead, The Vampire Diaries, Being Human en Supernatural slaan aan bij het publiek.
In een eerdere column stelde ik de vraag of horror dood of levend was. Als ik zo dit overzicht opnoem, denk ik dat horror springlevend is, alleen veranderd wat populair is steeds sneller. Een echt originele of vernieuwende film, die ook nog eens veel publiek trekt, is een zeldzaam verschijnsel. Maar dat horrorverhalen altijd aantrekkelijk zullen blijven, staat voor mij buiten kijf. Gelukkig maar.

Over de auteur

avatar